Ik zit op een feestje in een middelgroot dorpje vlakbij Amsterdam, had er zin in!
Neemt de wat oudere gastheer in het gezelschap van pakweg 8 man (dat is inclusief vrouwen natuurlijk) het woord, kijkt meewarig naar mij en spreekt: “Dit vind je misschien niet leuk om te horen, maar …”.
Intussen ben ik wat meer ervaren met het aanhoren van stomme opmerkingen en weet ik dat de tweede helft van zo’n zin niet altijd zo leuk is als je hoopt, dus ik roep snel: “Als je niet zeker weet of ik het leuk vind om te horen, spreek de tweede helft dan maar niet uit!”.
De spreker meent te weten dat het voor mijn eigen bestwil is deel twee tóch te horen.. “Nou, wat ik je tóch wil zeggen is dat ik iemand ken met Parkinson, die nu zo dement is als een ui”.
Dat een ui dement kon worden wist ik niet, nou ja, dan heb ik toch wat geleerd.
Ik reageer blij: “Ik eet ketogeen, dus wellicht loop ik ooit zo krom als een Neanderthaler, maar mij geest zal kraakhelder blijven en mijn stemming opperbest”.
Waarom en dát ik dat zeker weet, onderbouw ik met een voor-de-beginner hapbare dosis basiskennis over het werkingsmechanisme van insulineresistentie op het mentale brein. Ik ben trots, dat ik deze aanslag op mijn positieve gemoed heb weten te pareren.
Merkt de eveneens oudere gastvrouw op: “Maar krom lopen is ook heel erg!”
Ja, nú sta ik schaakmat!
Sommige mensen voelen kennelijk een onbedwingbare behoefte om mensen die niet klagen te wijzen op hun mogelijk toekomstige rampspoed. Natuurlijk liet ik, trots als ik ben, niets van mijn ongenoegen over het verloop van het gesprek merken en gedroeg ik me verder in het gezelschap zoals altijd correct en vriendelijk. Vanbinnen voelde ik echter heel incorrecte en zeker onvriendelijke woorden in me opkomen. Desalniettemin houd ik ze in. Denk dat dat verstandig is. Nietwaar?
Ik deel bovenstaande tekst in de besloten Facebookgroep Parkinson-no-meds en krijg erg veel lieve reacties. Een naar Hongarije geëmigreerde man met Parkinson had iets vergelijkbaars meegemaakt. Hij schreef: “Ik had er onlangs ook één, tijdens een BBQ. Een kennis zei: ‘hoe ga je dat straks doen als je niet meer kan lopen?’ Mijn antwoord: ‘hoe ga jij vanavond je vlees opeten zonder tanden?’ ‘Point taken’, zei hij”